Niets is de afwezigheid van iets. Het verwijst naar een toestand waarin geen materie, energie, informatie of betekenis aanwezig is. In filosofie en wiskunde wordt niets vaak gebruikt om leegte of het concept van nul te beschrijven.
In het dagelijks taalgebruik kan niets zowel letterlijk (volledige afwezigheid) als figuurlijk (onbelangrijk of zonder waarde) worden bedoeld.
Toch roept het concept van niets een paradox op: zodra we erover nadenken, wordt het iets.
Niets is de afwezigheid van alles. Het is geen ruimte, geen tijd, geen materie—gewoon puur leegte. Maar zodra je erover nadenkt, wordt het paradoxaal genoeg iets, een concept, een idee.
In de natuurkunde is echt niets bijna onmogelijk, want zelfs in een vacuüm zijn er nog kwantumfluctuaties. In de filosofie wordt niets vaak gekoppeld aan existentiële vragen: als er niets was, waarom is er nu dan iets?
In het dagelijks leven is niets meestal minder mysterieus. Het betekent gewoon "geen activiteit" ("Wat doe je?" – "Niets"), "geen waarde" ("Dat betekent niets voor me") of "geen aanwezigheid" ("Er was niets te zien").
Toch blijft niets altijd ergens aanwezig—tussen woorden, in stilte, in het moment voordat iets begint.
Misschien is niets wel het begin van alles.